1) Zorg dat de infrastructuur op punt staat
Leerkrachten en leerlingen werken thuis vaak op nieuwe, snelle computers. Het is dan ook heel frustrerend als je op school door een ultratrage computer geplaagd wordt. Dit betekent niet dat je op school met het nieuwste van het nieuwste moet werken. Ik gebruik heel wat computers van zes jaar en ouder, die nog best meekunnen met hun jongere collega’s. Maar dit kan enkel door een regelmatig onderhoud van de (windows)computer en door de trukken van de foor, waardoor je niet om de haverklap computers moet herstellen.
Technische problemen zijn het wapen bij uitstek voor veel collega’s om ICT niet te moeten gebruiken. Probeer deze problemen dan ook tot een minimum te beperken.
2) Zorg voor een goede relatie met je directie
Een ICT-coördinator is in het beste geval één dag per week op een school. Hij heeft dan ook niet de maturiteit om afspraken af te dwingen. Die vervelende taak is eigenlijk weggelegd voor de directie, in samenspraak met de ICT-coördinator. De ICT-coördinator kan voorstellen om een logboek in te vullen (zie punt 3). De opvolging is ook voor hem/haar, maar als dit niet gebeurt moet de directie optreden.
3) Laat een logboek invullen
Leg een logboek in de computerklas waarin de collega’s kort invullen wat ze rond ICT in de computerklas gedaan hebben. Dit hoeft echt niet lang te duren: Tijdstip, naam van de activiteit, leerdomein(en) en ICT-eindterm. Zo krijg je een mooi overzicht over de hele school. Als blijkt dan één of meerdere eindtermen niet of te weinig aan bod komen, kan bijgestuurd worden. Zo’n logboek kan natuurlijk ook individueel worden ingevuld, want ICT kan ook perfect enkel in het eigen klaslokaal aan bod komen.
Een collega van mij geeft aan de leerkrachten een vel met gekleurde stippen. Wanneer ze een bepaalde activiteit in hun agenda hebben staan, waarbij ICT aan bod komt, dan hoeven ze enkel een gekleurde stip in de agenda te kleven. De kleur komt overeen met een bepaalde eindterm. Weinig werk, maar toch een mooi instrument om te zien welke doelen er aan bod komen.
4) Gebruik video’s om iets uit te leggen
Vaak moet je als ICT-coördinator een bepaalde computerhandeling uitleggen, bijvoorbeeld het posten van foto’s op de schoolwebsite. Je krijgt zelden als ICT-coördinator de volledige ploeg samen. De speeltijden zijn ook niet altijd de ideale gelegenheid voor dergelijke zaken. Daarom maak ik vaak gebruik van www.screenr.com Je kan hier snel een filmpje maken van het computerscherm en dit online verspreiden via mail.
5) Stel een ICT-kalender op om te hospiteren
Hospiteren is een ideale manier om collega’s over de streep te trekken. Ze komen met hun klas naar de computerklas en daar leid jij een activiteit met de kinderen. De klasleerkracht doet mee en doet de week erop verder. Op die manier bouw je een reeks vaardigheden en activiteiten op met de kinderen, maar ook met de leerkracht, zodat deze laatste zelfstandig verder kan.
Dit hospiteren gebeurt met een kalender. Elke week komen enkele klassen langs gedurende twee of drie jaar. Daarna werk ik vraaggestuurd.
6) Maak van een ICT een verplichting i.p.v. een vrijblijvend gebeuren
Sommige collega’s zijn bang van ICT. Hun leerlingen hebben er meer verstand van dan zijzelf, maar dit is volgens mij een voordeel i.p.v. een nadeel. Vaak beperkt ICT zich tot het bekijken van een video in de computerklas, wat eigenlijk geen ICT is.
Hoewel de ICT-eindtermen niet verplicht moeten bereikt worden in de basisschool, moeten ze wel aan bod komen.
Daarom moet ICT verplicht worden vanaf het eerste leerjaar. Dit moet geregistreerd worden zodat een controle mogelijk is. Het logboek is hiervoor een mogelijkheid.
7) Gebruik de schoolwebsite als portaalsite voor alles wat rond ICT gebeurt op school
Zet de adressen van de websites die gebruikt worden op school op de eigen website. Het is niet alleen de ideale vertrekplaats op school, achteraf kunnen de leerlingen ook thuis ernaar terug grijpen als ze die websites nog eens willen bezoeken.
Ik merk dat mijn leerlingen hier vaak gebruik van maken tijdens een vrij moment.
Als de inspectie vraagt wat de school doet op ‘t vlak van ICT, kan je dit overzicht aanbieden. Wedden dat ze onder de indruk zijn.
8) Maak gebruik van Google Apps of live@edu
Vanaf het vierde leerjaar krijgt elke leerling een eigen mailadres dat gekoppeld is aan de domeinnaam van de school. Dit mailadres is ook de gebruikersnaam voor Google Apps, waarmee ze online documenten, rekenbladen en presentaties kunnen maken. Live@edu van Microsoft heeft dit ook en beide applicaties zijn gratis voor het onderwijs.
Leerlingen werken op die manier aan bestanden op school en thuis. Ze delen hun documenten met klasgenoten en/of met de leerkracht.
9) School je voortdurend bij
Als ICT-coördinator is het belangrijk om je voortdurend bij te scholen. Niets evolueert zo snel als ICT. Wie dit heel grondig wilt doen, kan een postgraduaatopleiding volgen. Maar veel navormingscentra richten ook cursussen in van een halve of volledige dag. In Vlaanderen heb je jaarlijks twee ICT-dagen die bijzonder interessant zijn.
Persoonlijk volg ik ook een tiental edublogs van collega’s waaruit ik veel inspiratie haal. Via Twitter ben ik ook geabonneerd op een vijftigtal collega’s. Je hoeft dus niet de deur uit om je bij te scholen of ideeën op te doen. Het internet is een ongelofelijk bibliotheek aan info.
10) Maak een onderscheid tussen werk en hobby
Toen ik elf jaar geleden van mijn hobby mijn beroep kon maken als ICT-coördinator, had dit één nadeel: ik kon geen lijn meer trekken tussen hobby en werk, want mijn werk was mijn hobby en omgekeerd. Dit is vooral voor je omgeving niet altijd aangenaam. Daarom heb ik mezelf afspraken opgelegd, want er is zoveel te doen in de weinige tijd die we krijgen, dat het soms onbegonnen werk is. Durf daarom werk uit te stellen. Wat vandaag niet kan, kan volgende week verder gezet worden. Ik heb al veel ICT-coördinatoren zien terug keren naar de klas, omdat ze een burn-out hadden.