Er was eens een man in een luchtballon die zich realiseerde dat hij verloren was gevlogen. Hij minderde hoogte en zag een vrouw in een andere luchtballon onder hem. Hij zakte tot net boven de vrouw en schreeuwde: 'Excuseer, kan je mij helpen? Ik beloofde een vriend dat ik hem een uur geleden zou ontmoeten, maar ik weet niet meer waar ik ben. ' De vrouw antwoordde:' Je zit in een hete luchtballon die ongeveer 300 meter boven de grond hangt. Je bent tussen 40 en 41 graden noorderbreedte en tussen 59 en 60 graden westerlengte. "
'Jij moet een leerkracht zijn,' zei de mannelijke ballonvaarder.
'Ja, dat klopt', antwoordde de vrouw: 'Hoe weet je dat?'
'Nou,' antwoordde de ballonvaarder, 'alles wat je me vertelt is technisch correct, maar ik kan met jouw informatie niets aanvangen en ik ben nog steeds hopeloos verdwaald. Eerlijk gezegd heb ik aan jouw hulp niet veel. Ik heb alleen mijn tijd verloren. '
De vrouw reageerde: 'Jij moet een beleidsmaker zijn.'
'Dat ben ik inderdaad,' zei de ballonvaarder, 'maar hoe weet jij dat?'
'Nou,' zei de vrouw, 'je weet niet waar je bent of waar je naartoe moet. Je hebt geen kaart en geen kompas. Je bent veel te hoog gestegen omdat je ballon gevuld is met teveel hete lucht. Je hebt een belofte gemaakt, zonder te weten of je die wel kan nakomen en je verwacht dat mensen onder je de problemen oplossen. Je bent nog steeds verdwaald, maar nu steek je de fout op mij.'
Vrij vertaald uit het Engels naar een verhaal van Louise Locock and Annette Boaz