16 vuistregels om een probleem aan te pakken

Kinderen (en leerkrachten) moeten vaak een probleem oplossen in de klas.  Ook in mijn kangoeroeklas komt probleemoplossend denken vaak aan bod.  Ik gebruik hierbij regelmatig slogans.  Ze helpen de kinderen om het niet te snel op te geven.  Je vindt deze slogans hieronder terug:

1) Haast en spoed is zelden goed 

Een foutje is snel gemaakt. Soms ben je zo enthousiast dat je een fout maakt die niet meer hersteld kan worden of die je zo over het hoofd ziet.

2) Leer uit jouw fouten 

Enkel wie fouten maakt, leert iets bij, op voorwaarde dat je jouw fout verbetert. Wees dus niet bang om fouten te maken, maar besef dat je bij elke fout iets hebt bijgeleerd.

3) De aanhouder wint 

Wie wil slagen, zal slagen, maar dit vraagt soms meer tijd dan je dacht. Je moet er wel blijven in geloven.

4) Slaap er eens een nachtje over 

Je kan je zo vast in een probleem vastbijten, dat je kaakspieren verkrampen. Sommige problemen lossen vaak zichzelf op door ze te laten rusten.

5) De kortste weg is niet altijd de weg naar de oplossing 

Deze vuistregel mag je bij de puzzels van Breek de code vaak letterlijk nemen. Maar ook bij andere problemen is de gemakkelijkste weg vaak niet de juiste weg. Dit betekent niet dat je niet efficiënt moet werken. Tijd verliezen is iets anders dan de langste weg nemen.

6) Werk samen, met twee ben je sterker dan alleen 

Dit betekent niet dat je moet profiteren van een ander, maar vaak heb je elk de helft van een oplossing. Door samen te werken heb je de volledige oplossing. Praat over je problemen. Erover praten is vaak de helft van de oplossing.

7) Durf anders denken 

Veel oplossingen zijn zo eenvoudig, alleen zien we de oplossing niet omdat we door de verkeerde bril kijken. Durf een probleem eens anders aan te pakken dan je gewoon bent.

8) Blijf geconcentreerd 

Sommige puzzels zijn zo gemaakt, dat de minste fout je dwingt om opnieuw te beginnen. Hou er dus je aandacht bij tot op het einde.

9) Combineer twee oplossingen tot een nieuwe oplossing 

Een volgend niveau bouwt vaak voort op de oplossing van het vorige probleem. Met een bijkomende draai, raak je vaak tot een nieuwe oplossing.

10) Denk positief: zeg niet "Ik kan het niet", maar "Ik zal het wel kunnen". 

De slechste manier om een probleem op te lossen is denken of zeggen dat je het toch niet zal kunnen. Zo verlies je alle motivatie om het probleem op te lossen. Geloof in jezelf. Je kunt veel meer dan je soms denkt.

11) Denk achterstevoren 

Bij veel puzzels uit Breek de code weet je wat het eindresultaat moet zijn. Velen verdwalen omdat ze dat eindresultaat uit het oog verliezen.

12) Geniet van het YES-gevoel 

Wat is het zalig om na lang zoeken, dan eindelijk de oplossing te vinden. Geniet ervan. Begin niet te snel aan de volgende opdracht. Denk als het moeilijk gaat, aan dat gevoel dat je bij de vorige oplossing had en besef dat dit straks terug komt.

13) Geef elkaar een schouderklopje 

Wees niet jaloers als iemand anders de oplossing vindt, integendeel, wens de andere proficiat. Je zal merken dat anderen jou dan ook een schouderklopje geven als jij het antwoord vindt.

14) Werk op je eigen tempo, forceer je nooit 

Niet de snelheid is belangrijk, wel het einddoel. Maak er dus geen wedstrijd van en voel je niet ongemakkelijk als iemand sneller de oplossing vindt.

15) Alle middelen zijn goed 

Hoewel alle puzzels via de computer worden aangeboden, hoef je niet bij deze computer te blijven om de oplossing te vinden. Je mag gerust jouw probleem uitwerken op papier of sommigen werken het probleem uit in de realiteit.

16) Bezint eer je begint 

Tijdens de proefperiode met mijn leerlingen, heb ik ervaren dat sommigen kinderen de opdracht niet of onvoldoende lezen. Het is dus belangrijk om voor je begint alle informatie goed door te lezen die op de pagina staat.

Als je op  klikt, opent zich een poster met deze spreuk die je kan uitprinten om uit te hangen. Zo vergeet je de vuistregel niet. Laat elke vuistregel een week hangen en verwissel die dan met een andere.